vrijdag 31 augustus 2012

Trollheim

Afgelopen vakantie – we zijn net terug – reisden we drie weken door Noorwegen. Prachtig land, adembenemende landschappen (Rondane, Dovrefjell, Jotunheimen, Hardangervidda en Ryfylkeheiene) – een eldorado voor fotografen. Zou je zeggen. Ik had er de grootst mogelijke moeite mee.

Hoe maak je in godsnaam een foto die minstens net zo verpletterend is als datgene wat je voor je ziet? Hoe simpel is het niet om dan te falen, een slap aftreksel te maken, een reisgidsfoto die niet meer geeft dan een impressie, een aanmoediging om er zelf heen te gaan? Een twijfel die mede voortkomt uit het plezier in mijn projecten van het afgelopen jaar zoals citiZen en Infrarood, waarin ik een andere manier van kijken over de werkelijkheid heen leg – wat bij landschappen gewoon een ‘hell of a job’ is.

Uiteindelijk kwam ik dan ook thuis met veel van dergelijke reisgidsfoto’s en die zijn ook best mooi – maar het maken ervan gaf mij uiteindelijk weinig voldoening. Zo werd het een worsteling voor mij, maar uiteindelijk ook een leerzame. Ik voel dat het er – voor mij tenminste – niet (meer) om gaat om wat ik zie zo mooi mogelijk op de foto te krijgen. Het is voor mij de uitdaging een beeld te maken dat een eigen op zich staande wereld schept, die de verbeelding van de kijker raakt.

Gelukkig is dat toch, denk ik, herhaaldelijke malen gelukt – om mijn verhaal te leggen over het landschap heen en er een dimensie aan toe te voegen. Door een ander standpunt te kiezen, tegenlicht te gebruiken, vreemde weersomstandigheden te benutten en door in de nabewerking bijvoorbeeld nadrukkelijker ook kleur te manipuleren.

Twee voorbeelden:


Deze foto toont het fascinerende landschap van Rondane - kaal, bedekt met vooral korstmos zover het oog reikt, zware lucht en miezerregen. Je voelt jezelf plat op de grond liggen, koud en verlaten.


Waterkracht in één beeld: primair, energie, levenscheppend - je voelt het. Genomen op notabene de Trollstigen langs de kant van de weg.

Kortom, ik moet mijn landschapsfotografie opnieuw uitvinden (langs deze lijnen) – of er anders afscheid van nemen. Moeilijk maar het moet – want landschapsfotografie levert mij ook veel plezier op, al was het maar omdat het een goede extra reden is om er op uit te trekken. De sleutel? Nog intenser het landschap ondergaan en vanuit de emotie en het innerlijk beeld fotograferen – en de reisgids en de fotowedstrijd te laten voor wat het is. Herkenbaar?

2 opmerkingen:

Aideon Webdesign zei

De waterval is heel mooi. Ik zie inderdaad je worsteling met het landschap. En daardoor verdwijnt het landschap enigszins naar de achtergrond en je poging het te vertalen naar verinnerlijkte beelden komt op de voorgrond. Op IJsland was er wellicht meer contrast tussen water en vuur, stoom, geweld; het sublieme. Lastig om een mooi reisboeklandschap toch iets subliems te geven. Als het landschap dat niet meer voor je doet, wat dan? Zoek je de zelfkant in steden op? Ga je portretten maken? Abstracties fotograferen? Of juist het hele kleine detail?

Dolf Middelhoff zei

'Hoe fotografeer je leegte?'
Op die vraag geef je een overtuigend antwoord in je serie Trollheim. Daarbij heb je bovendien moeten worstelen met het tegenvallende weer (subserie 'Øde').
In de subserie 'Fluk' maak je van die zwakte je kracht. Vooral de plaatjes 2 en 3 met dat hele lage standpunt en de geringst denkbare diepte-scherpte vind ik prachtig. En Fluk zelf natuurlijk, die kan gewoon niet kapot!
In de subserie 'Smuk' kom ik mijn eigen viewpoint (in meerdere betekenissen) tegen en die voelt dan ook zeer vertrouwd.
Jammer van het vale licht bij de Rubjerg Knude Fyr in subserie 'Frid'. Ik was daar twee nazomers geleden in de namiddag van een winderige dag met wisselende bewolking. Fabelachtig!